Experiment (10-6-24)
Toen ik nog studeerde waren er altijd van die momenten dat ik mijn rugzak pakte en de vrijheid opzocht. Zo maar van de ene dag in de collegebanken naar de andere dag in de trein of op het vliegtuig. Ik vond het heerlijk om te reizen en te ontdekken. Het reizigersbloed zit nog in mij zei ik dan wel, geboren in Tanzania en deels opgegroeid in Indonesië.
Maar volgens mij is het gewoon een deel van mij. Een onbelast deel wel te verstaan. Niet een deel wat gaat reizen om weg te vluchten van waar het niet wil zijn, maar een deel wat oprecht geniet en oplaadt van nieuwe plekken zien en mensen ontmoeten. Het deel wat ook in een bore-out komt als elke dag precies hetzelfde wordt en er een soort moeten vanuit een patroon ontstaat.
Maar sinds ik studeerde is er veel veranderd. Een baan, een huis, een gezin en hond. Naast de stapel was, ook een stapel verantwoordelijkheden en dingen die gewoon echt gedaan moeten worden. Het deel wat zo graag reist is dus inmiddels verstopt achter vele delen van moeten en zorgen voor. Ook als ze op vakantie zijn met het gezin.
Maar het reisdeel in mij zit er en blijft er. En elke keer als het een snufje kan nemen van de vrijheid én vervolgens weer terug in de kelder geduwd wordt door de andere delen komt er weer een stukje verdriet bij. Want het had zo graag. En niet alleen wordt het reisdeel teruggeduwd door de andere delen, maar het feit dat ik drie jaar geleden nog in diepe crisis zat, volgeplakt met niet kloppende labels, heeft ervoor gezorgd dat er nog een stemmetje is bijgekomen die zegt ‘kun jij dit echt wel alleen?’.
Al die stemmetjes in mij die iets anders willen doen om mij te beschermen kunnen er zomaar voor zorgen dat ik niet ga volgen wat klopt voor mij. En alhoewel mijn eigen belaste delen mijzelf hierin vooral het allermeest belemmeren is het natuurlijk altijd makkelijker om hiervoor naar de ander te wijzen. En hoe groter het verdriet van het onvervulde verlangen hoe bozer de vinger naar de ander.
Je kunt wel blijven wijzen met de vinger en je blijven verschuilen onder al die delen die verantwoordelijkheid en zorgen voor als excuus blijven gebruiken, maar uiteindelijk zit de grootste belemmering vaak in jezelf en je eigen belaste delen. En dat ga je merken als er ineens wel ruimte komt er er gezegd wordt ga nou maar dat is goed voor jou.
Dan wordt het ineens wel weer spannend van binnen. Want wat als de camper weer pech krijgt, wat als het niet lukt met Bas die natuurlijk mee gaat, is het niet te gevaarlijk als vrouw alleen? Wat als, wat als, wat als. En niemand om daarvoor verantwoordelijk te kunnen stellen behalve mijzelf.
Gelukkig noem ik alles tegenwoordig een ‘experiment’, dat geeft ruimte en maakt dat het nog alle kanten op kan en mag gaan. Zodat ik echt steeds opnieuw bij elk stapje kan voelen en volgen wat echt klopt voor mij en ik mijn Self blijft volgen (ook al spartelen mijn delen tegen) in plaats van mijn delen te volgen die kostte wat het kost door willen zetten om iets te bewijzen.